Concordia viert 150 jarig bestaan en dat gaat van start met Academische zitting in de raadzaal van het gemeentehuis om 11 u.
Concordia dus : Romeinse Godin van de Eendracht.
Dit is de toespraak die ik zal houden bij academische zitting :
Geachte Heer Gedeputeerde,
Geachte collega’s uit het college,
Gemeenteraadsleden,
Vrienden muzikanten, beste aanwezigen.
Namens het college van Burgemeester en schepenen heb ik de eer U vandaag te woord te staan op de academische zitting nav het 150 jaar bestaan van Uw vereniging.
Een taak die mij deze legislatuur maar één keer zal gevraagd worden. Met zekerheid. Want 150 jaar samen blijven is niet niks. Dat zijn toch wel een viertal generaties.
(Uw voorzitter belde me op met uitdrukkelijk verzoek het kort te houden maar nu ik de ernst van deze missie inzie en het feit dat ik naar Merchtemse traditie eens graag ‘dweis’ doe, zal ik toch enkele minuten van Uw tijd vragen) .
150 jaar geleden, wat stelt dat voor ? Om een paar dingen in een perspectief te plaatsen : in dat jaar overleed Koning Leopold I en werd hij opgevolgd door de legendarische Koning Leopold II.
In Amerika werd de slavernij formeel afgeschaft (het fameuze 13e amendement op de grondwet).
President Abraham Lincoln werd in een schouwburg door een van de acteurs doodgeschoten !
Terreur was blijkbaar toen al actueel.
In dat jaar voltooit Antonin Dvorak zijn eerste symfonie. En hier in Merchtem, op 9 mei wordt August De Boeck geboren.
Niemand van ons hier aanwezig kan het zich herinneren. Hooguit uit verhalen van grootouders of overgrootouders. Gelukkig is er de geschiedschrijving om ons de interessante referentie van een historisch perspectief te bieden. Gelukkig zijn er herdenkingsjaren zoals deze om ons te doen stilstaan bij wat er al die tijd gebeurde en hopelijk ons ook aan te zetten om te leren uit die geschiedenis.
Het is niet aan mij om welke lessen dan ook te trekken uit die geschiedenis. We zijn hier om te vieren.
Een aspect wil toch wel benadrukken. Een aspect dat mijn inziens al te vaak onderschat wordt.
Waar ik het met U even wil over hebben is het sociale aspect van een muziekmaatschappij die Concordia is. Een amateurgezelschap dat het moet doen zonder al te veel subsidies.
Giften, concerten, activiteiten allerhande moeten van in den beginne geld in de lade brengen.
Deze gelden werden en worden uitsluitend besteed aan de muziek in de brede zin van het woord. Gaande van aankoop partituren, voorzien van lokalen, aankoop instrumenten , voorzien van een goede opleiding van de muzikanten tot het vieren van een Sint Ceciliafeest.
Hierbij mag iedereen aan de pupiter komen. En dat is nu net de onderschatte meerwaarde. Iedereen, welke achtergrond ook, is welkom. De muziek wordt aangeleerd, een instrument wordt ter beschikking gesteld, men mag meedoen, meespelen in het orkest.
Hoeveel mensen zouden hun weg naar de muziek niet hebben gevonden door aan te sluiten bij de lokale muziekvereniging ?
Hoeveel beroepsmuzikanten zouden niet gestart zijn met een instrument dat ze konden gebruiken van diezelfde muziekvereniging.
Steeds zonder te kijken naar ‘rang of stand’. Voor een kind dat zin had in muziek spelen pakweg 150 jaar geleden was er maar een weg : deze van de muziekmaatschappij. Wie anders zou hem of haar hebben opgeleid of een instrument hebben verschaft.
De bijdrage van de muziekmaatschappijen aan het muziekgebeuren in Vlaanderen is dan ook van onschatbare waarde.
Die taak vervulde ook Concordia. Met een missie dan nog. Concordia, Romeinse Godin van de Eendracht.
Met dirigenten die stuk voor stuk in de eerste plaats ook ‘muziekmeester’ waren : aanleren. Met een drang ook om aan ‘volksverheffing’ te doen : steeds beter, steeds hoger niveau. Ikzelf heb zo bijvoorbeeld nog heel mooie herinneringen aan Eric Tourné : een anekdote : toen hij een suite uit ‘La Phalène’ van August De Boeck op de pupiter zat, stopte hij na een zestal maten. ‘Mannekes, bij het schrijven van dit stuk had De Boeck een heel schoon jong meiske in zijn gedachten, verkleed als een nachtvlinder kwam ze tot bij hem in zijn droom. Wat jullie hier brengen is een ouwe bomma op haar sletsen’. Iedereen had het begrepen : korter, sneller, eleganter spelen…’ Het zijn wel richtlijnen die je voor de rest van je leven herinnert…
Dat is waar Concordia niet zonder fierheid mag naar terugblikken. Dat Concordia tot op vandaag zo’n rijke aanhang heeft is te danken aan dat sociale aspect. Het is dikwijls ‘dank zij’ Concordia dat men nog muziek speelt of ooit muziek kon spelen.
Aan samen muziek beleven houdt men dan nog eens vrienden voor het leven over. ‘ik heb die leren kennen bij Concordia, we hebben nog samen muziek gespeeld’ Kan het nog meer en mooier zijn ?
Beste vrienden van Concordia : een welgemeende dank voor alles wat u presteerde de voorbije 150 jaar, veel succes met Uw viering en oprecht : Lang leve Concordia !
Concordia dus : Romeinse Godin van de Eendracht.
Dit is de toespraak die ik zal houden bij academische zitting :
Geachte Heer Gedeputeerde,
Geachte collega’s uit het college,
Gemeenteraadsleden,
Vrienden muzikanten, beste aanwezigen.
Namens het college van Burgemeester en schepenen heb ik de eer U vandaag te woord te staan op de academische zitting nav het 150 jaar bestaan van Uw vereniging.
Een taak die mij deze legislatuur maar één keer zal gevraagd worden. Met zekerheid. Want 150 jaar samen blijven is niet niks. Dat zijn toch wel een viertal generaties.
(Uw voorzitter belde me op met uitdrukkelijk verzoek het kort te houden maar nu ik de ernst van deze missie inzie en het feit dat ik naar Merchtemse traditie eens graag ‘dweis’ doe, zal ik toch enkele minuten van Uw tijd vragen) .
150 jaar geleden, wat stelt dat voor ? Om een paar dingen in een perspectief te plaatsen : in dat jaar overleed Koning Leopold I en werd hij opgevolgd door de legendarische Koning Leopold II.
In Amerika werd de slavernij formeel afgeschaft (het fameuze 13e amendement op de grondwet).
President Abraham Lincoln werd in een schouwburg door een van de acteurs doodgeschoten !
Terreur was blijkbaar toen al actueel.
In dat jaar voltooit Antonin Dvorak zijn eerste symfonie. En hier in Merchtem, op 9 mei wordt August De Boeck geboren.
Niemand van ons hier aanwezig kan het zich herinneren. Hooguit uit verhalen van grootouders of overgrootouders. Gelukkig is er de geschiedschrijving om ons de interessante referentie van een historisch perspectief te bieden. Gelukkig zijn er herdenkingsjaren zoals deze om ons te doen stilstaan bij wat er al die tijd gebeurde en hopelijk ons ook aan te zetten om te leren uit die geschiedenis.
Het is niet aan mij om welke lessen dan ook te trekken uit die geschiedenis. We zijn hier om te vieren.
Een aspect wil toch wel benadrukken. Een aspect dat mijn inziens al te vaak onderschat wordt.
Waar ik het met U even wil over hebben is het sociale aspect van een muziekmaatschappij die Concordia is. Een amateurgezelschap dat het moet doen zonder al te veel subsidies.
Giften, concerten, activiteiten allerhande moeten van in den beginne geld in de lade brengen.
Deze gelden werden en worden uitsluitend besteed aan de muziek in de brede zin van het woord. Gaande van aankoop partituren, voorzien van lokalen, aankoop instrumenten , voorzien van een goede opleiding van de muzikanten tot het vieren van een Sint Ceciliafeest.
Hierbij mag iedereen aan de pupiter komen. En dat is nu net de onderschatte meerwaarde. Iedereen, welke achtergrond ook, is welkom. De muziek wordt aangeleerd, een instrument wordt ter beschikking gesteld, men mag meedoen, meespelen in het orkest.
Hoeveel mensen zouden hun weg naar de muziek niet hebben gevonden door aan te sluiten bij de lokale muziekvereniging ?
Hoeveel beroepsmuzikanten zouden niet gestart zijn met een instrument dat ze konden gebruiken van diezelfde muziekvereniging.
Steeds zonder te kijken naar ‘rang of stand’. Voor een kind dat zin had in muziek spelen pakweg 150 jaar geleden was er maar een weg : deze van de muziekmaatschappij. Wie anders zou hem of haar hebben opgeleid of een instrument hebben verschaft.
De bijdrage van de muziekmaatschappijen aan het muziekgebeuren in Vlaanderen is dan ook van onschatbare waarde.
Die taak vervulde ook Concordia. Met een missie dan nog. Concordia, Romeinse Godin van de Eendracht.
Met dirigenten die stuk voor stuk in de eerste plaats ook ‘muziekmeester’ waren : aanleren. Met een drang ook om aan ‘volksverheffing’ te doen : steeds beter, steeds hoger niveau. Ikzelf heb zo bijvoorbeeld nog heel mooie herinneringen aan Eric Tourné : een anekdote : toen hij een suite uit ‘La Phalène’ van August De Boeck op de pupiter zat, stopte hij na een zestal maten. ‘Mannekes, bij het schrijven van dit stuk had De Boeck een heel schoon jong meiske in zijn gedachten, verkleed als een nachtvlinder kwam ze tot bij hem in zijn droom. Wat jullie hier brengen is een ouwe bomma op haar sletsen’. Iedereen had het begrepen : korter, sneller, eleganter spelen…’ Het zijn wel richtlijnen die je voor de rest van je leven herinnert…
Dat is waar Concordia niet zonder fierheid mag naar terugblikken. Dat Concordia tot op vandaag zo’n rijke aanhang heeft is te danken aan dat sociale aspect. Het is dikwijls ‘dank zij’ Concordia dat men nog muziek speelt of ooit muziek kon spelen.
Aan samen muziek beleven houdt men dan nog eens vrienden voor het leven over. ‘ik heb die leren kennen bij Concordia, we hebben nog samen muziek gespeeld’ Kan het nog meer en mooier zijn ?
Beste vrienden van Concordia : een welgemeende dank voor alles wat u presteerde de voorbije 150 jaar, veel succes met Uw viering en oprecht : Lang leve Concordia !