RegenSection: Cultuur
Zomermarkt 9 juli met optreden en 11 juli toespraak uitgeregend

IMG_0467.jpg wordt weergegeven Het had best mooi kunnen zijn. Zakdoek was 'in vorm'. Doe daar mooi weer bij en het is feest ! Uiteraard is al wie in dit landje een activiteit in openlucht organiseert zeer afhankelijk van de weersomstandigheden.

Dat er om 11 uur zelfs geen enkele Vlaams-Nationalist te bespeuren viel om de toespraak bij te wonen en samen met Zakdoek de Vlaamse Leeuw te zingen zegt veel over de intensiteit van de regen (of van de desinteresse van de dames en heren Vlaams-Nationalisten,voor wat we doen rond 11 juli - dat het nooit goed zal zijn weet ik al een tijdje, dat stoort me niet langer, in tegendeel).

Hierbij toch de toespraak :


"
Geachte  Dames en Heren,
 
Als schepen van Cultuur heb ik dit jaar de eer U te mogen toespreken naar aanleiding van de 11-juli herdenking hier te Merchtem.
Elke natie, elke min of meer zelfstandige entiteit zoekt helden, momenten en gebeurtenissen om zijn identiteit kleur, eigenheid, onderscheiding van alle anderen te geven. Voor Vlaanderen is dat 11 juli.  De Vlaamse Gemeenschap heeft in 1973 11 juli als officiële Feestdag van Vlaanderen uitgeroepen.
Het is niet de bedoeling een geschiedkundige uiteenzetting te geven, doch enige duiding past :
De slag om Kortrijk, later de Guldensporenslag genoemd, speelde zich af in Kortrijk op woensdag 11 juli 1302 op het Groeningheslagveld.
Het resultaat is bekend : een overwinning van de Vlaamse Steden en het Graafschap Namen op de Franse Koning.
In historisch perspectief was die overwinning eigenlijk eerder de spreekwoordelijke “gewonnen veldslag”.
Hoezeer ook geromantiseerd in de ‘De Leeuw van Vlaanderen’ van Hendrik Conscience, deze overwinning moet enorme indruk hebben gemaakt op de toen heersende, Franse feodale macht.
 
Dat mag blijken uit het feit dat er een speciale zending was van de Franse Koning naar de Paus, toen zeer machtig, zowel wereldlijk als geestelijk, om van deze slag melding te maken. Wat was er dan wel zo speciaal ? Voor het eerst versloeg een leger bestaande uit ambachtslieden, boeren en voetvolk gewapend met pieken en pijl en boog een ridderleger, ongezien en zeer onheilspellend. Dit lijkt wel het essentiële van de overwinning : de wil en de macht van het volk versus een georganiseerd leger van ‘de koning’.
 
Ik wil het ook hebben over de broeihaard van dit geschil. Misschien wel heel actueel. De ambachtslieden en de lokale adel kwamen in opstand tegen de belastingen die door de Franse Koning werden geheven. Belastingen die steeds minder de zeer getrouwen van het Franse regime troffen, maar  des te meer de ambachtslieden, lokale adel en ‘het volk’. Een strijd tegen ongelijke behandeling op fiscaal vlak zowaar !
Een strijd ook tegen de oneerlijke besteding van die belastingen. Zeer actueel mij dunkt.
Het zijn enkele kanttekening die ik graag ter overweging en reflectie bij deze viering wil meegeven.
 
1302, het is uiteraard zeer lang geleden. Uiteraard zijn er geen getuigenissen meer. De geschiedschrijving doet beroep op zijn geëigende bronnen.
 
Veel dichter staat 1914.  Ook hier geen ‘levende getuigenissen’ meer, maar massaal veel geschreven bronnen, foto’s …
Evengoed werd de strijd aan de ijzer een symbool van de Vlaamse Beweging. Misschien zelfs nog een sterker symbool dan dit van 11 juli. Evengoed ging het om een strijd die zich afspeelde midden de Europese brand die “De Groote Oorlog” pleegt te noemen. Net als de strijd op 11 juli 1302, weegt de symboliek zwaarder door dan de eigenlijke militaire resultaten. De oorlog is niet verloren of gewonnen aan de ijzer, maar er ontstond een Vlaams bewustzijn. Een revolte tegen een bestaand regime. Regime dat zijn soldaten niet begreep en dit niet alleen omdat het hun taal niet sprak.
Het past even de gelijkenis tussen de symbolieken rond 11 juli 1302 en de oorlog 14-18 te onderstrepen.
Een van de getuigen in de oorlog van 14-18 was Merchtemenaar Luitenant Juul De Winde. Hij sneuvelde in de laatste dagen van de oorlog op 28 september 1918;
 
Een kort gedicht dat hij schreef in december 1916 wil ik ter ere van hem vandaag brengen :
 
“Daarachter ligt mijn land, Vlaanderenland, waarvoor ik met hart en hand strijden zal”
 
 
Zijn eenvoud en absolute wil om met zijn soldaten ook zijn taal te spreken is haast legendarisch,
 
In 1908 schreef hij reeds :
 
“Laf is een kind
Dat zijn taal niet mint,
De eerste woorden hem geleerd
Niet meer eerbiedigt en vereert “
 
Het zijn woorden die tot nadenken stemmen;
 
Ik wil evenwel niet treurig of als een geslagen hond eindigen. Er is na de lange strijd om erkenning, ontvoogding en een groot deel autonomie te bekomen, bijzonder veel reden tot optimisme.
 
Nog steeds zijn wij een van de rijkste regio’s ter wereld. Niet enkel in BNP. We hebben nog steeds briljant onderwijs, knappe jeugd die er nog steeds wil voor gaan, topsporters, ondernemers, wetenschappers. We zorgen wel degelijk goed voor onze zieken, ouderen en armen. Dat alles beter kan is een feit en bij deze ook een ambitie. Ambitie die we aankunnen als we mekaar de hand rijken en meer kijken naar wat ons bindt dan wat ons scheidt.
Leve de toekomst, leve Merchtem, Leve Vlaanderen !
 "